Docent dwarsfluit en musicus Wieke Karsten schreef 'In de muziek', een handboek voor iedereen die muziek maakt. Foto: Erik Visser
Docent dwarsfluit en musicus Wieke Karsten schreef 'In de muziek', een handboek voor iedereen die muziek maakt. Foto: Erik Visser

Inspiratie voor oefenen van muziek en leren omgaan met podiumspanning

Algemeen

Boek 'In de muziek'

AALTEN – Wieke Karsten, opgegroeid in Aalten en nu als muziekdocent verbonden aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, is expert op het gebied van musiceren, studeren en het brein. Ze schreef er een methode over en onlangs kwam 'In de muziek' uit, een boek voor iedereen die muziek maakt en grip wil krijgen op het eigen leerproces. Emily Beynon, solofluitist van het Koninklijk Concertgebouworkest, schrijft op de boekomslag: 'Wieke laat zien hoe we alle aspecten van het musiceren, vanaf de allereerste keer doorspelen tot en met de uitvoering, op een positieve manier kunnen beïnvloeden door steeds vanuit de muziek te blijven denken.'

Door Josée Gruwel

In het voorwoord vertelt de schrijfster over de naar schatting 2,5 miljoen mensen die – als amateur, semiprofessional of professional – in Nederland zingen of een instrument bespelen en ontzettend veel uren oefenen, maar niet of nauwelijks les krijgen in het hoe en waarom ervan. Ze schrijft: 'Als we bewuster zouden leren studeren, kunnen we meer grip krijgen op ons eigen leerproces. Dat zorgt voor minder afdwalen, meer resultaat en meer speelplezier. We krijgen dan ook meer invloed op ons presteren en performen. Vanuit wetenschappelijke hoek is hier al veel onderzoek naar gedaan. De uitkomsten daarvan dringen echter maar mondjesmaat door tot onze studeer- en leskamers.'
In het boek gaat Karsten in op talloze vragen die muzikanten hebben, zoals 'Hoe kan ik met meer plezier en effectiever oefenen', 'Hoe studeer ik een lastige passage', 'Wat is focus en hoe train ik dat', 'Hoe kan ik de muziek meer uitdiepen', 'Wat is podiumspanning en hoe kan ik ermee leren omgaan'.

Het in heldere, begrijpelijke taal geschreven boek, waarin theorie wordt afgewisseld met tal van praktische opdrachten en oefeningen, laat een wereld opengaan voor iedereen die muziek maakt.
Karsten hoopt dat docenten en leerlingen elkaar door dit boek beter gaan begrijpen, waardoor het lesgeven en les nemen – en het daarbij horende studeren – effectief verloopt.
Het is een uniek boek, dat door jarenlange ervaring en studie tot stand kwam. Wat dreef de schrijfster om dit boek, dat eigenlijk als handboek niet mag ontbreken naast elke muziekstandaard, samen te stellen?

'Het moest een boek worden dat inzicht gaf en overzicht, met alle ins en outs'


Lastig om dertig minuten lang te oefenen
Wieke Karsten, geboren op 19 augustus 1969, groeide in Aalten op als jongste kind van een muzikale familie. Moeder zong en speelde klarinet, vader speelde trombone en Wieke's drie zussen hobo, fagot, piano en hoorn. "Vanaf mijn zesde speelde ik piano en dwarsfluit. Fluit past heel goed bij me, want die heeft vaak de hoofdrol, speelt de melodie." Na een paar jaar les van haar ouders te hebben gehad, ging Wieke naar de muziekschool in Doetinchem. "Ik ben typisch het kind van een moeder die zelf graag verder in de muziek had willen komen. Ze was ambitieus en gaf al het geld dat over was uit aan instrumenten, bladmuziek en les voor ons."

Van docent Herbert Tangelder leerde Wieke heel veel. "Een bevlogen docent die me belangrijk standaardrepertoire liet spelen. Dat is niet alleen voor toen, maar ook voor nu bijzonder. Maar ik speelde destijds vrij onbewust, had een mooie fluittoon die erg aansprak en genoot van het luisteren naar fluitisten als James Galway en Philippe Gaubert. Als kind van elf wilde ik – net als zij – ook beroemd worden."
Van haar ouders moest Wieke elke dag dertig minuten oefenen. Maar dat ging niet altijd vanzelf. Niet omdat ze een hekel aan studeren had, maar omdat ze het lastig vond de tijd vol te maken. Ze was steeds binnen de tijd klaar en verveelde zich. "Omdat mijn ouders de klok in de gaten hielden, bedacht ik creatieve oefeningen om de tijd te doden. Die oefeningen verbeterden mijn spel, maar bezorgden me ook onhandige gewoontes zoals boeken lezen tijdens het spelen van lange tonen."

Bij toeval betere musicus
Omdat ze goed was in muziek maken en omdat ze de sfeer van het conservatorium had geproefd vanwege zus Annet die erop zat, koos Wieke ervoor om naar het conservatorium te gaan. "Maar behalve op een langspeelplaat had ik nog nooit een symfonieorkest gehoord. Componisten als Mahler en Bruckner zeiden me toen niets." Eenmaal op de opleiding bleek drie uur studeren per dag een crime. "Ik wilde dat wel, maar kon de tijd nog steeds niet invullen. Ik voelde me er schuldig over en voelde intuïtief aan dat mijn vooruitgang kwetsbaar was."

Opeens was er bij toeval een keerpunt: de opleiding tot pianostemmer die ze naast haar studie ging volgen. "Ik leerde om als buitenstaander te luisteren naar mijn spel en daarnaast kwam ik in aanraking met literatuur over de werking van de hersenen. Beide aspecten maakten dat ik ineens verrassend veel vooruitgang boekte in mijn spel. Onder andere hierdoor werd ik in de laatste jaren van mijn studie op het Koninklijk Conservatorium in Den Haag gevraagd om dwarsfluitles te geven."

''In de muziek zijn' kunnen we allemaal'


In veel jaren van lesgeven, ook aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen en aan de Nederlandse Fluit Academie, ging de zoektocht naar informatie over de relatie tussen musiceren, studeren en het brein door en ontwikkelde Karsten hierover een methode. Inmiddels geeft ze in binnen- en buitenland over dit onderwerp lezingen, workshops en cursussen. Ook begeleidt ze individuele studenten en professionele musici met vragen over studeren, optreden en het voorbereiden van audities. "Maar studenten riepen om een boek. Het moest een boek worden dat inzicht gaf en overzicht, met alle ins en outs, genuanceerd, laagdrempelig en glashelder qua uitleg."
Zo'n tien jaar werkte ze eraan. Nu is het boek klaar. Het kent in 232 pagina's drie delen: het brein van de musicus, het huis van de musicus (bedoeld voor het instuderen van genoteerde, klassieke muziek, waarbij achtereenvolgens ingegaan wordt op partituur, interpretatie, techniek, meesterschap en expressie) en breinbreed aan de slag gaan.
Karsten hoopt door het boek haar liefde voor muziek en musiceren over te dragen. "En ik hoop – voor die lezers bij wie de droom van het zelf musiceren misschien (bijna) vervlogen was – het kleinst sluimerende vuurtje aan te wakkeren en nieuwe brandstof te geven. Want 'in de muziek' zijn, kunnen we allemaal."


Boek: 'In de muziek' door Wieke Karsten, Uitgeverij 'Amsterdam University Press', prijs 24,99 euro

www.wiekekarsten.nl

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant