Beschouwingen vanuit een kippenhok

Mensen vragen me met enige regelmaat of het allemaal waar is wat ik opschrijf in mijn randberichten. Vaak wel, antwoord ik, maar vaak ook niet. Het is een column, verduidelijk ik daarna. Daarin staat niet altijd wat er staat. Maar dat kippenhok, woon je daar echt? Soms wel en soms niet, antwoord ik dan. De afgelopen week wel, want ik ontvluchtte even de hitte van mijn huis middenin Winterswijk. In een hutje buiten af is het dan net wat aangenamer.

Waar het kippenhok ligt, wordt daarna vaak gevraagd. Ik heb al enkele mooie hokken genoemd, zoals dat bij Beestman. Of het hok dat je rechts aan de overkant van de weg ziet liggen, net voordat je komende vanuit Bredevoort Aalten in fietst. Maar daar ben ik niet als ik me een paar dagen terug trek. Ik zal de locatie hier niet verklappen, want dat wil de eigenaar van wie ik het huur niet. Ik heb lang op hem moeten inpraten om het hok aan mij beschikbaar te stellen. Daarna moest hij de kranten en weekbladen, die hij al meer dan veertig jaar bewaarde, elders opslaan.

Dat was de reden dat het hok mij tijdens een fietstocht opviel, want ook ik ben verzamelaar van oude bladen. Ik ben ze nog steeds aan het doornemen om er knipsels uit te halen, die ik wil bewaren. Naar mijn pied-à-terre neem ik elke keer een stapel mee, want knippen in oude bladen is enorm rustgevend, zeker als ze van 20 jaar geleden zijn. Je stuit dan op berichten, die verdacht veel lijken op die uit de krant van vandaag. Het lijkt alsof we in de plaatselijke politiek altijd met hetzelfde bezig blijven. Van het hok kan ik wel vertellen dat het middenin een bos ligt en dat ik er geen kraanwater en elektriciteit heb. Het is er ouderwets kamperen.

Terug naar de natuur wil ik het niet noemen, maar het is aangenaam je een weekje naar die natuur te richten. Opstaan wanneer het licht wordt en slapen, wanneer de zon is onder gegaan. Een wekker is niet nodig, want er zingen 's morgens nog voldoende merels, al wordt het zo langzamerhand rustig in het bos, want de broedtijd is voorbij. Het hok is vooral een zomerverblijf, want in de winter zal het niet aangenaam genoeg zijn. Tenzij ik een winterslaap wil houden.

Geen televisie, geen radio, alleen oud nieuws. Ik kom helemaal tot rust in mijn kippenhok. Intussen lees ik over de veranderingen van natuur en landschap in de Achterhoek. Ik verzamel materiaal voor een boek die de teloorgang wil schetsen, maar tegelijkertijd mogelijkheden voor de toekomst wil geven. Ik denk na over recreatie, want mensen waarderen de natuur het best als het geen decor meer voor ze is en ze zich er middenin bevinden.

Intussen is de kleine ondernemer in me wakker geworden. Ik ben niet egoïstisch ingesteld en wil mijn kippenhokervaringen graag delen. Ik heb het besproken met mijn huurbaas. Als de gemeente er toestemming voor geeft wil hij in zijn bossen meer kippenhokken bouwen voor recreatief zomergebruik. Genieten zonder luxe in de mooiste natuur van Europa, wordt het motto. Om het extra aantrekkelijk te maken zal ik dan één keer per week alle gasten allerlei mooie planten en dieren in de omgeving laten zien. Met uiteraard een barbecue na afloop.