De foto die Riek Heezen-Neevel nog bezit van de plek van de schuilkelder, waar bovenop een kippenhok stond. Op de foto: vader, zus Willemien, moeder, zus Jo en broer Willem, de laatste bewoner van de boerderij.Foto van de foto: Frank Vinkenvleugel
De foto die Riek Heezen-Neevel nog bezit van de plek van de schuilkelder, waar bovenop een kippenhok stond. Op de foto: vader, zus Willemien, moeder, zus Jo en broer Willem, de laatste bewoner van de boerderij.Foto van de foto: Frank Vinkenvleugel

Van aardappelopslag tot schuilkelder

DINXPERLO - Door de nieuwbouw en ontsluiting van het bedrijventerrein 't Hietveld, is onlangs de boerderij 'De Klumperder' van de familie Neevel afgebroken. Al jaren geleden is de boerderij inclusief grond door de familie verkocht, en nu de laatste bewoners zijn overleden moest de boerderij wijken voor de ontsluiting van het nieuwe bedrijventerrein. Het bijzondere van de boerderij aan de Rietstapperweg was de schuilkelder, die in de Tweede Wereldoorlog een veilig onderkomen bood aan het gezin Neevel en enkele omwonenden.

Door Iris Jansen

Op een regenachtige middag vertelt Riek Heezen-Neevel (86) in het bijzijn van Freek Diersen, onder andere lid van Stichting Bewaar 't Olde, Sonja Rexwinkel van het Grenslandmuseum en René Westendorp die samen met zijn zoon Mark een bijzondere oorlogscollectie in Dinxperlo heeft, over haar jeugdherinneringen aan de oorlogsjaren én aan de schuilkelder van haar ouderlijk huis. Goed voorbereid met foto's op de laptop en haar herinneringen op papier, steekt zij van wal. "Het was ergens in 1937, ik was bijna vijf jaar en de één na jongste van het gezin, toen mijn vader bezig was met de bouw van een ondergrondse ruimte voor de opslag van aardappels en voederbieten. Het was een kelder van acht bij vier meter waar je makkelijk in kon staan. Via een trapje liep je naar beneden en de kelder had zeer dikke wanden, want de kelder moest koel zijn in de zomer, maar ook redelijk beschermen tegen de vorst. Bovenop de kelder kwam een kippenhok te staan want mijn vader wilde graag een vermeerderingsbedrijf beginnen. Tijdens de werkzaamheden vroeg onze buurvrouw terloops: 'buurman ben je al een schuilkelder aan het bouwen?' Mijn vader was nog helemaal niet zo bezig met de oorlog, maar onbedoeld kreeg de buurvrouw gelijk; midden jaren dertig broeide het al in Europa en verontrustende berichten bereikten later natuurlijk ook Dinxperlo. De zorgen over een dreigende oorlog werden groter en helaas werd de opmerking van de buurvrouw een aantal jaren later de bittere werkelijkheid: de opslagkelder veranderde in een schuilkelder toen 't Beggelder in de frontlinie kwam te liggen en werd zo een veilige haven voor ons gezin met zeven kinderen en nog wat andere mensen."

Westendorp haakt daar op in: "Dat was ook dan ook geen overbodige luxe want die laatste dagen van de oorlog waren een verschrikking voor Dinxperlo en omgeving. En vooral het gebied rond 't Beggelder kreeg het zwaar te verduren. Vanaf de kant van Isselburg openden Britse troepen eind maart 1945 de aanval op Duitse Elitetroepen die zich daar aan de rand van Dinxperlo hadden verschanst.

Riek vertelt verder: "De eerste jaren van de oorlog woonden we gewoon in de boerderij, gingen we naar school en ging het leven op de boerderij zijn gangetje. Wanneer het luchtalarm, dat bij het oude postkantoor was ondergebracht, af ging, renden we over het erf naar onze schuilkelder die zo'n twintig meter van ons huis verwijderd was. Wanneer het luchtalarm voor de tweede keer loeide, wisten we dat de kust veilig was en konden we weer het huis in. Vooral later in de oorlog toen het Ruhrgebied onder vuur van de Geallieerden kwam te liggen, zwaaiden er natuurlijk ook bommen richting de Achterhoek af. 'Het front komt dichterbij', zei mijn moeder dan, maar ik wist niet zo goed wat ze met front bedoelde en als kind vroeg ik er ook niet naar. Het luchtalarm ging toen dag en nacht door. Ik weet nog dat onze buurvrouw erg bang was en met de kinderen dankbaar gebruik maakte van de schuilkelder. Vanaf het begin van de oorlog waren er Duitsers bij ons in de boerderij aanwezig. We hadden niet veel met ze te maken, maar vooral in het begin was er een redelijk goede verstandhouding. Ik weet nog dat ik als klein meisje orgelles had en een Duitse melodie kon spelen. Een Duitse soldaat vroeg dan af en toe of ik dat voor hem wilde spelen, want dat deed hem dan denken aan zijn zus Irma die dat ook altijd speelde. Ook gaven de Duitse soldaten mijn vader aanwijzingen hoe hij de kelder tot schuilkelder moest maken, want zo vonden ze hem niet veilig genoeg. Bij de ingang moesten aan de buiten- en binnenzijde een wand van turfbalen komen, en er omheen moest een hoge aarde wal komen zodat de kelder helemaal was ingepakt. Deze adviezen bleken later wel van groot belang, want de boerderij kwam tijdens de laatste dagen van de oorlog in de vuurlinie te liggen."

Westendorp legt uit: "Op een aanvalskaart van de Geallieerden die in maart '45 hier is achtergebleven en die wij in onze collectie hebben, kun je zien dat Dinxperlo een strategische ligging had en voor de Duitsers van groot belang was. Er was in 1944 zelfs een hoofdkwartier van de generale staf gevestigd in de villa van de familie Hallen aan de Kwikkelstraat en vele belangrijke Duitse generaals liepen in en uit. Het gebied rond de villa was zelfs tot 'Sperrgebiet' verklaard. Dinxperlo was bovendien een belangrijke plaats voor enkele Duitse divisies om zich terug te trekken en om daarna weer op te rukken. Maar in maart 1945 ging het mis voor de Duitsers en kwamen de Geallieerden na een groots opgezette luchtaanval op het Ruhrgebied, via Wesel-Rees en toen vanuit Isselburg via de Brüggenhütte en vervolgens via de Anholtseweg en 't Beggelder, achter de Duitse linies.

Diersen: "Dinxperlo werd grotendeels in puin geschoten en ook onder de inwoners vielen slachtoffers te betreuren. Rond Goede Vrijdag 1945 zijn circa 39.000 raketten en granaten afgeschoten op Dinxperlo; het dorp heeft enorm veel geleden in de oorlog. Het is niet alleen belangrijk de tastbare herinneringen te bewaren of op één of andere manier in beeld te brengen, maar ook de verhalen op te schrijven van een generatie die zelf getuige is geweest van deze verschrikkelijke periode. Het is mooi dat Sonja Rexwinkel als 'verhalenvanger' zich daarmee bezighoudt."

Aan de laatste dagen van de oorlog heeft Riek, die toen bijna negen jaar was, nog duidelijke herinneringen."Het was inderdaad verschrikkelijk. We waren zó bang allemaal. Inmiddels zaten we dag en nacht in de schuilkelder. Enkele mensen hadden zich bij ons gevoegd, waaronder hoofdonderwijzer Gerrit Hazenberg met zijn gezin en een oom van ons uit Den Haag, die de hongerwinter ontvlucht was. Ons restte niets anders dan te bidden. Ik zie het nog voor me; Hazenberg stond in het midden met de handen gevouwen en bad en wij baden met hem mee, in de hoop dat wij het allemaal zouden overleven. Iets anders kon je én wilde je op dat moment ook niet doen. Er was elektrisch licht, wat regelmatig flakkerde…onheilspellend gewoon; de kelder was donker en in een hoek stond een emmer die dienst deed als wc. Mevrouw Hazenberg weekte havermout wat we dan met lange tanden aten. En dichtbij klonk het trommelvuur van de artillerie waarmee de granaten in rap tempo werden afgevuurd. Als ik daar aan denk, hoor ik het nog; wat een angst hadden we. Daarbij stond bij de omringende boerderijen op 't Beggelder allemaal afweergeschut van de Duitsers. Die boerderijen zijn allemaal in de laatste dagen van de oorlog in brand geschoten. Wij hadden gelukkig geen geschut staan, maar de reden daarvoor weet ik niet. Op 27 maart werd de Rietstap bevrijd en op 28 maart liepen er bij ons al Engelse verkenners op het erf. Kort daarna was tenslotte heel Dinxperlo bevrijd.
De Duitsers maakten plaats voor de Engelsen, die toen in onze boerderij onderdak vonden. Gelukkig konden we wel weer in de boerderij slapen, maar overdag leefden we in het kippenhok wat bovenop onze schuilkelder gebouwd was want dat had, net zoals onze boerderij, de oorlog gelukkig overleefd."

Diersen: "Samen met de gemeente Aalten, het Heimatverein uit Suderwick, Dinxperwick, de VVV en Stichting Bewaar 't Olde, hebben we het project 'Grensbeleving'. Via dit project werken we aan het grensoverschrijdend vastleggen van gebeurtenissen die voor Dinxperlo én Suderwick belangrijk zijn geweest. Zo bracht Johan Neevel, zoon van de laatste bewoners van boerderij 'De Klumperder' en neef van Riek, in 2017 bij het plaatsen van een informatiepaneel bij de AA-strang, de schuilkelder onder de aandacht. We hebben met diverse partijen bekeken of we de schuilkelder konden behouden, maar helaas was dit onmogelijk. De schuilkelder is opgemeten door de Historische Kring en we hebben nog heel wat foto's kunnen maken van de boerderij en kelder. De leegstaande boerderij was een stille getuige van de oorlog. Aan de achtergevel zag je nog duidelijk de vele inslagen van de granaatscherven, net zoals in enkele deuren van de schuur. Jammer dat het verloren is gegaan, maar door de herinneringen vast te leggen, blijft de geschiedenis levend."

De binnenzijde van de schuilkelder. Foto: Frank Vinkenvleugel
Riek Heezen-Neevel. Foto: Frank Vinkenvleugel
Van links af René Westendorp, Henk (met blauw jas) Neevel, Johan Neevel en Freek Diersen op de locatie van de schuilkelder. Foto: Frank Vinkenvleugel