Molenaar Te Brake kreeg de erfgoedprijs van wethouder Kok. Foto: Frank Vinkenvleugel
Molenaar Te Brake kreeg de erfgoedprijs van wethouder Kok. Foto: Frank Vinkenvleugel Foto:

Erfgoedprijs voor molenaar Martie te Brake

Unanieme keuze uit vijf genomineerden

Door Bernhard Harfsterkamp

BREDEVOORT – Tijdens de opening van de open monumentendagen in de Koppelkerk overhandigde wethouder Ted Kok de erfgoedprijs 2019 van de gemeente Aalten aan Martie te Brake. Hij zet zich al 40 jaar als vrijwillig molenaar in voor de molens in de gemeente. Willem Doodeheefver, voorzitter van de Commissie Cultureel Erfgoed, zei dat de commissie unaniem de winnaar van dit jaar had gekozen. Er waren vijf genomineerden voor de erfgoedprijs.

Draaien voor de prins
Op 9 juni was Martie te Brake veertig jaar gediplomeerd molenaar. "Maar hij heeft al vijfitg jaar kennis over molens vergaard", zei Doodeheefver. Hij is onder andere regelmatig molenaar in de Wenninkmolen in Lintelo. Te Brake heeft in al die jaren vele anderen opgeleid tot molenaar. Door zijn kennis werd hij ook betrokken bij de bouw van nieuwe molens, zelfs aan de andere kant van de wereld in Nieuw-Zeeland. Doodeheefver was op bezoek geweest bij alle genomineerden en zei onder de indruk te zijn van hoe Te Brake vertelde over het molenaarschap. Anekdotes horen daar bij, zoals die over het 'malen voor de prins'. Molens waren vaak in eigendom van de adel of van rijke boeren en die wilden dat de molen altijd draaide, ook als er niets te malen was. "Dan draai je maar voor de prins." Een concurrerende molen moest niet de indruk krijgen dat het niet goed ging.

Dansen in nette boerenkleren
De genomineerde Klepperklumpkes van 't Walfort bestaan dit jaar officieel 65 jaar, maar de dansgroep was er al wel langer. In traditionele klederdracht en met klompen worden overal oude dansen uitgevoerd. Ook in de Koppelkerk werd een demonstratie gegeven op het niet al te grote podium met een kermisdans en een wals. "Speel maar niet te lang", zei de voorman van de groep tegen de accordeonist. "Als een van ons van het podium valt, wordt ons gezelschap nog kleiner." Daarom zoeken de Klepperklumpkes, die overal in Nederland en ook in het buitenland optreden, versterking van jongere mensen. De kleren die ze dragen zijn honderd jaar oud. Het is zondagse kleding, ook wel aangeduid als 'kistentuug'. Doodeheeftver noemde de Klepperklumpkes immaterieel erfgoed, dat behouden moet worden.

Ook gerestaureerde gebouwen genomineerd
Ook Jos Wessels was genomineerd. Niet alleen voor zijn boek Bezield erfgoed, dat tijdens de opening van de monumentendagen werd gepresenteerd, maar eveneens voor andere historische werken die hij heeft geschreven. Daarnaast waren twee gerestaureerde gebouwen genomineerd, In Dinxperlo werden gebouwen van de oude weverij Tretford door het keukenbedrijf Bribus gerestaureerd. "Ze stonden al op de gemeentelijke monumentenlijst, maar waren vervallen geraakt", zei Doodeheefver. "Nu zien ze er weer prachtig uit." Een deel van de gebouwen wordt gebruikt door verenigingen uit Dinxperlo en als ontvangstruimte voor Bribus zelf. Het stationsgebouw van Aalten werd opgeknapt dankzij een initiatief van Mariëlla Miraglia. Het gebouw is nu in gebruik als stationskoffiehuis Fatta. Er wordt niet alleen koffie geschonken, maar er worden ook bijeenkomsten gehouden. Allerlei mensen kunnen elkaar dan ontmoeten, zoals ooit het geval was toen het station een ontmoetingsplaats was van treinreizigers en vervoerders van goederen. "Het gebouw glimt weer", zei Doodeheefver.

De genomineerden voor de erfgoedprijs. Foto: Frank Vinkenvleugel