Afbeelding
Foto: Joop Wikkerink. Foto: Bernhard Harfsterkamp

Hulpvraag inwoners voortaan meer centraal

AALTEN - Burgemeester en wethouders hebben een nieuwe verordening voor het Sociaal domein vastgesteld. Wethouder Joop Wikkerink noemt het een "omgekeerde verordening". "Er wordt niet meer gedacht vanuit de voorziening of regeling, maar vanuit wat de cliënt nodig heeft. Wat is jouw hulpvraag en hoe lossen we dat op." De wethouder noemt als een voorbeeld een man, die door rugklachten niet kon werken en een speciale matras aanvroeg. Omdat de gemeente verder kijkt dan alleen die ene vraag, bleek dat fysiotherapie ook goed zou zijn. Omdat de man dat niet kon betalen en zich ook geen aanvullende ziektekostenverzekering kon veroorloven, werd ook daarvoor een oplossing aangeboden.

Door Bernhard Harfsterkamp

Onder het Sociaal domein vallen de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), de Jeugdwet en de Participatiewet, maar ook de schuldhulpverlening. Via de WMO kunnen inwoners hulp krijgen in de huishouding, maar ook hulpmiddelen als rollator en scootmobiel aanvragen. Via de jeugdwet kunnen kinderen en jongeren professionele hulp krijgen en via de Participatiewet wordt de uitkering geregeld, als iemand die nodig heeft. Het is niet zo dat via de keukentafelgesprekken en andere gesprekken nooit is gevraagd welke hulp iemand precies nodig heeft. "Maar nadat de gemeenten verantwoordelijk werden voor het Sociaal domein lag toch de nadruk op het doorgaan met de hulpverlening, waaraan de cliënten waren gewend."

Zo persoonlijk mogelijk
Wethouder Wikkerink geeft een ander voorbeeld. "Een gezin vraagt hulp, omdat het allemaal niet lekker loopt nadat de vader uit het gezin werkeloos werd. Die situatie beïnvloedt de sfeer in het gezin nadelig. De oplossing is dan niet zo zeer om de kinderen en het gezin te begeleiden, maar om de vader te begeleiden naar werk. Het is de bedoeling dat we nu vanaf het begin de echte oorzaken proberen op te sporen." Dat betekent dat er veel vaker sprake zal zijn van maatwerk. "De mogelijkheden van de inwoner staan centraal. Wat kan iemand zelf, is er hulp in de omgeving waarmee de vraag kan worden opgelost en, als dat niet lukt, met welke ondersteuning van de gemeente is iemand geholpen? Daaruit volgt ook dat wat een oplossing is voor de een, voor iemand anders met een op het eerste oog gelijke vraag heel anders kan uitpakken. Zo persoonlijk mogelijk dus!"
Tijd voor andere aanpak
De nieuwe verordening vraagt ook van de medewerkers een andere aanpak. "We nemen er een jaar de tijd voor om alles goed in te richten", zegt de wethouder. "We gaan de medewerkers, de klanten en het publiek voorbereiden op de andere werkwijze. In het begin zal er ook nog wel wat mis gaan, maar dat hoort er bij." Aalten is de vierde of vijfde gemeente die hiermee aan de slag gaat, maar er zullen al snel andere volgen. Het idee voor de omgekeerde aanpak komt van medewerkers in een andere gemeente en is door Stimulansz, een organisatie die zich bezighoudt met advisering en opleidingen betreffende het sociaal domein ontwikkeld. Eind 2018 zijn de eerste gemeenten met deze aanpak van start gegaan.